Brandveilige houten gevels: van papieren verplichting naar praktische werkelijkheid
Een houten gevel oogt warm, duurzaam en natuurlijk. Maar wat als één verkeerde opbouw of montage ervoor zorgt dat bij brand het vuur zich razendsnel achter de bekleding verspreidt? De gevolgen: onveilige situaties, schadeclaims en discussies over aansprakelijkheid. Brandveiligheid in de gevelbouw is geen papieren verplichting: het is een praktijkverhaal dat begint bij jouw productkeuze.
In de Bouw.coach Podcast gaat Merinda in gesprek met Alex van Beek, Product Manager van de Fetim Group, over brandklassen, testprocedures en vooral over wat je echt moet weten om veilig te bouwen met hout. Van de wettelijke eisen tot de praktische uitvoering: ontdek waarom systeemdenken bij gevelbekleding cruciaal is.
Van D naar B: wanneer is brandklasse D niet meer voldoende?
Vroeger viel hout standaard in brandklasse D. Die tijd is definitief voorbij. Door gewijzigde wetgeving hangt de brandklasse nu af van houtsoort, dikte én of het hout bewerkt is. "Zodra hout gemodificeerd of geverfd is, moet het getest worden om aan brandklasse D te voldoen," legt Alex van Beek uit.
Wanneer moet je hout opnieuw testen?
- Bij thermisch gemodificeerd hout
- Bij geverfde of gecoate uitvoeringen
- Bij specifieke diktes die afwijken van de standaard
Maar wanneer volstaat brandklasse D niet meer? Brandklasse B is onder meer verplicht in deze situaties:
- Geveldelen onder de 2,5 meter vanaf het maaiveld
- Geveldelen boven de 13 meter hoogte
- Gevels die grenzen aan vluchtroutes
- Gevels die te dicht op andere gebouwen staan
Uiteindelijk bepaalt de vergunningverlener – vaak de gemeente – welke eisen er gelden. Een cruciale check die je als ontwerper of bouwer al vroeg in het ontwerpproces moet doen.
Het verschil dat telt: wat betekent een hogere brandklasse in de praktijk?
Het verschil tussen brandklasse D en B zit hem in de tijd. Bij het testen wordt een brander op de constructie gezet en wordt gemeten hoeveel hitte er vanaf komt. "Hoe minder hitte, hoe langer het duurt voordat het hout of de constructie gaat branden," aldus Van Beek. Een hogere brandklasse betekent brandvertragend, niet brandwerend – een belangrijk onderscheid.
Voor kleine projecten en individuele woningen gelden vaak minder strenge eisen, maar net zoals bij nieuwbouw en grootschalige renovaties is brandklasse D het absolute minimum. De consequenties van een verkeerde inschatting? Financieel en verzekeringstechnisch desastreus. "Als je de gevel al gemonteerd hebt en het voldoet niet aan de eisen, moet je hem verwijderen en de nieuwe constructie aanbrengen," waarschuwt Van Beek.
Systeemdenken: waarom een plankje alleen niet genoeg is
De grootste verandering in de wetgeving? Het complete systeem moet worden getest. Niet alleen het hout, maar de hele opbouw inclusief achterplaat, folie en regelwerk. "Vroeger konden producten individueel getest worden. Nu vereist het BBL – het Besluit Bouwwerken Leefomgeving – dat de gehele constructie getest wordt," legt Van Beek uit.
Wat wordt er precies getest bij systeemtesten?
- De houten gevelbekleding zelf
- De achterplaat (bij brandklasse B: onbrandbaar, zoals Magox)
- Het regelwerk
- Folie en isolatie
- De totale hitte-afgifte van de complete constructie
De reden is simpel: de optelling van afzonderlijke producten kan alsnog in een lagere brandklasse uitkomen. Voor brandklasse B is een onbrandbare achterplaat zoals een Magox-plaat (brandklasse A1 of A2) zelfs een absolute vereiste.
Deze systeemeis verklaart ook waarom er nog regelmatig onduidelijkheid bestaat. "Het is vrij ingewikkeld. Vooral kleinere aannemers en zelfstandigen moeten al die regelgeving bijhouden – dat is best een uitdaging," erkent Van Beek. Daarom zijn trainingen en duidelijke documentatie essentieel.
Van testlaboratorium tot certificaat: hoe werkt het keuringsproces?
Het testproces is onafhankelijk en streng gereguleerd. Fetim bouwt een gevelopstelling op die naar een gecertificeerd brandlaboratorium zoals Magoxx en Peutz gaat. Na acclimatisatie wordt de constructie getest en zijn de resultaten direct bekend. Maar hier begint het pas: met verschillende kleuren, verflagen, diktes en breedtes wil je niet elke variant afzonderlijk testen.
Het slimme testprincipe:
- Er wordt bepaald wat in het assortiment het slechtst presteert
- Deze "worst case" wordt als basis getest
- Het hele assortiment kan vervolgens worden geaccordeerd
- Het SKH controleert en certificeert het gehele proces
Voor Modiwood betekent dit: brandklasse D is volledig afgerond met DOPS- en KOMO-certificaten. Voor brandklasse B zijn alle brandtesten gedaan en loopt de finale certificering via het SKH. "Wij kunnen wel een brandrapport geven, maar dat zegt niemand wat. Je wilt de stempel erop, dat een onafhankelijke instelling zegt: dit assortiment voldoet aan de brandklasse," benadrukt Van Beek.
Montage: waar theorie en praktijk samenkomen
Papier is geduldig, maar de praktijk is meedogenloos. Een te diep geslagen nagel door de verflaag? Theoretisch voldoet de gevel dan niet meer aan de voorschriften. Geen ventilatie achter de planken? De duurzaamheid van het materiaal komt in gevaar. Te weinig dilatatie tussen de kopse kanten? De verflaag kan niet goed onderhouden worden.
Kritieke aandachtspunten bij montage:
- Geventileerde toepassing (lucht moet onderaan in en bovenaan uit)
- Juiste nageling (brede plank: 2 nagels, smalle plank: 1 nagel)
- Nagels nooit te diep slaan (beschadigt verflaag)
- 8mm dilatatie tussen kopse kanten
- Onbrandbare achterplaat bij brandklasse B
"De montage wordt een steeds belangrijker onderdeel van het creëren van een brandveilige gevelbekleding," stelt Van Beek. Het probleem: verschillende leveranciers leveren verschillende onderdelen. De ene levert de planken, de andere de achterplaat, weer een ander het regelwerk. Wie controleert of alles klopt? Vaak is er een onafhankelijk inspecteur nodig om te verifiëren dat de montage correct is uitgevoerd.
Voor uitgebreide installatievoorschriften verwijst Van Beek door naar www.modiwood.nl, waar alles gedetailleerd beschreven staat, voor zowel horizontale als verticale gevelbekleding.
Modiwood: meer dan alleen brandveiligheid
Brandveiligheid is essentieel, maar wat maakt Modiwood onderscheidend? Het begint met thermisch modificeren: vurenhout wordt verhit en vochtig gemaakt, waardoor de duurzaamheidsklasse stijgt van 4 naar 1-2. "Dat is ongeveer gelijk aan hardhout en betekent een verwachte levensduur van meer dan 25 jaar," aldus Van Beek. Met vijfentwintig jaar marktsucces heeft het materiaal zich bewezen.
Het Modiwood-verschil:
- Duurzaamheidsklasse 1-2 (versus klasse 4 bij gewoon vurenhout)
- Verwachte levensduur: meer dan 25 jaar
- Bewezen in de praktijk: 25+ jaar marktervaring
- Verkrijgbaar in brandklasse D én B
- Hetzelfde verfsysteem voor beide brandklassen (geen kleurverschil)
Voor brandklasse B levert Fetim Modiwood alleen in de Color-uitvoering – met verflaag. Hierdoor kan een project zoals in Noordwijk, waar winkels en bovengelegen woningen zowel brandklasse D als B vereisen, met hetzelfde verfsysteem worden uitgevoerd. "Daardoor heb je geen kleurverschillen. Je kunt hetzelfde onderhoud toepassen. Dat was een hele mooie toegevoegde waarde voor dit project," vertelt Van Beek enthousiast.
Modiwood is beschikbaar in verschillende modellen – van Fins en Zweeds rabat tot potdeksel in breed en smal. Brandklasse D is vaak uit voorraad leverbaar, brandklasse B is maatwerk in elke gewenste RAL-kleur. Het complete pakket wordt ondersteund door CE- en KOMO-certificering via het SKH: zowel brandklassen als productkwaliteit zijn onafhankelijk beoordeeld.
De belangrijkste tip: check de eisen vooraf
Wat is het belangrijkste advies voor een verwerker die morgen start met een gevelproject? Van Beek aarzelt geen moment: "Check van tevoren de brandeisen van het gebouw dat je gaat bouwen. Zorg dat je dat goed in beeld hebt om later geen problemen te krijgen."
Fetim ondersteunt met complete documentatie:
- Installatievoorschriften
- Onderhoudsvoorschriften
- Technische tekeningen
- Certificaten
"We pretenderen niet alles te weten over brandveilige gevels. Maar we volgen de regels, laten testen door officiële instituten en checken onafhankelijk via het SKH. Dat is onze zekerheid en die van de klant," concludeert Van Beek.

